Sorry, you need to enable JavaScript to visit this website.
Overslaan en naar de inhoud gaan
Opbouw opvanglocatie

Reactie Veiligheidsregio Hollands Midden op artikel Omroep West

Afgelopen donderdag 27 oktober heeft Omroep West persvragen gesteld aan Veiligheidsregio Hollands Midden. Deze vragen betroffen meldingen die Omroep West had ontvangen over onvrede onder enkele bewoners en twee oud-medewerkers van de crisisnoodopvanglocatie in Waddinxveen. 

Reactie Veiligheidsregio Hollands Midden op artikel Omroep West

Reactie Veiligheidsregio Hollands Midden op artikel Omroep West

In het artikel zijn de antwoorden van de veiligheidsregio op de persvragen van vorige week donderdag niet opgenomen. Wel is in plaats daarvan een apart artikel gepubliceerd met – een deel van – onze reactie: “Veiligheidsregio ontkent misstanden crisisopvang: 'Alleen niet wat ze zich hadden voorgesteld'“.

Gezien de onvolledigheid van dat artikel hieronder onze volledige reactie op het artikel van Omroep West.

De context van de bewoners

De meeste bewoners van de crisisnoodopvanglocatie (CNO) in Waddinxveen zijn nareizigers. Zij hebben een verblijfsvergunning en wachten op het moment dat hun familielid, dat een verblijfsvergunning heeft en zijn gezin mocht laten overkomen, een geschikte woning toegewezen krijgt. Dan trekken zij bij deze zogenoemde statushouder in. Omdat er woningnood is in Nederland, zijn die woningen er haast niet. Het familielid zit daarom zelf meestal nog steeds in een asielzoekerscentrum (AZC) in afwachting van een woning.

De statushouders zijn gekoppeld aan gemeenten in heel Nederland, die voor hen een woning moeten vinden. Wij hebben als veiligheidsregio geen zicht op het moment waarop de statushouder een woning krijgt en daarmee ook niet op het moment waarop bewoners van de CNO in Waddinxveen herenigd worden met hun familielid.

Normaal gesproken vangt het COA de nareizigers op in asielzoekerscentra als er nog geen woning is toegewezen. Op dit moment zijn die AZC’s vol en zitten daar ongeveer 17.000 statushouders. Al die mensen krijgen een woning toegewezen. Omdat zij deze nog niet hebben, kunnen zij niet doorstromen en houden daarmee opvangplekken van het COA bezet.

Omdat de AZC’s vol zitten, worden onder andere de nareizigers nu opgevangen in crisisnoodopvanglocaties. Dat zijn tijdelijke locaties waar grote groepen op een sobere manier worden opgevangen voor de duur van enkele maanden. Waddinxveen is één van die locaties in Nederland. Het is een tijdelijke noodoplossing die voor niemand ideaal is.

De veiligheidsregio weet en begrijpt dat de nareizigers teleurgesteld zijn. Zij hadden gezinshereniging en een eigen woning verwacht. Helaas zit hun partner in een andere opvang, in een AZC, en hebben zij op dit moment nog geen eigen woning. En ook hebben zij geen zicht op wanneer zij wel een eigen woning krijgen. In plaats daarvan worden ze opgevangen op een locatie (in Waddinxveen) die zij met 130 personen moeten delen. Hier kunnen zij niet zelf koken en hebben zij per gezin een kamer. Kortom, dit is niet hoe de nareizigers zich hun leven in Nederland hadden voorgesteld. Daar komt bij dat er geen zicht is op het moment dat hun leefsituatie verbetert. Wij begrijpen dat en zien dat dit tot emoties leidt.

De opdracht van de veiligheidsregio

Afgelopen zomer waren er geen opvangplekken voor asielzoekers en sliepen mensen in Ter Apel buiten op het grasveld. Om die onmenselijke situatie te verbeteren heeft de staatssecretaris de 25 veiligheidsregio’s opdracht gegeven om crisisnoodopvanglocaties te openen. Veiligheidsregio Hollands Midden heeft met grote spoed meerdere locaties gerealiseerd. Dit hield onder meer in: het afsluiten van huurcontracten met sporthallen, het inrichten van die hallen met slaapcabines en meubilair, het aanleggen van riolering en nutsvoorzieningen.

Daarnaast moest in heel korte tijd personeel gevonden worden. Omdat de veiligheidsregio dat personeel zelf niet in huis had, is hiervoor een samenwerking gestart met een uitzendbureau. Er zijn nauwelijks mensen met ervaring op dit gebied en het selecteren gebeurt door het uitzendbureau. In de praktijk moest blijken of de mensen geschikt genoeg waren voor deze opdracht.

Reactie “Ontslagen medewerkers hebben nog steeds geen idee waarom ze ontslagen zijn”

Inhuur wordt door de veiligheidsregio alleen beëindigd bij onvoldoende uitvoeren van de opdracht. De veiligheidsregio verwacht bijvoorbeeld van alle inhuurkrachten dat ze aanwezig zijn, dat ze discipline en structuur hebben en dat ze zich aan de instructies houden.

Omdat er 24/7 bezetting moet zijn van twee locatiehoofden per dienst, huurt de veiligheidsregio een groot aantal locatiehoofden in. Wij werken met 84 diensten per week voor locatiehoofden. Die diensten vullen wij met een pool van ongeveer 30 personen. Daarnaast huren wij nog vele andere functionarissen in, zoals beveiligers, hosts en schoonmakers.

De afgelopen maanden heeft de veiligheidsregio de inhuur van drie personen in de rol van locatiehoofd beëindigd. Eén contract is beëindigd door het uitzendbureau zelf vanwege het uitblijven van een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG-verklaring). Bij het vertrek heeft deze medewerker de veiligheidsregio gevraagd of hij zonder VOG-verklaring mocht blijven werken. Dat verzoek is niet gehonoreerd. Hij gaf aan het hier niet mee eens te zijn en de pers te willen zoeken. Hij heeft na het beëindigen van het dienstverband allerlei berichtjes aan andere medewerkers gestuurd en ook een klacht neergelegd bij en over het uitzendbureau.

Bij drie andere personen heeft de veiligheidsregio zelf de inhuur via het uitzendbureau beëindigd. Dit wegens onvoldoende uitvoeren van de opdracht.

Reactie “Er zijn geen protocollen voor medewerkers”

Vanwege de snelheid van het opstarten en operationeel maken van de crisisnoodopvanglocaties waren er aan het begin geen uitgebreide protocollen. Nu de locaties al enige tijd operationeel zijn, is er meer ervaring en is er ook meer gedocumenteerd.

Reactie “Er is niets gedaan met de melding van seksueel grensoverschrijdend gedrag”

Het uitzendbureau heeft na het beëindigen van de inhuur van één van de locatiehoofden wiens contract is beëindigd een signaal ontvangen. Dat signaal ging over een andere ingehuurde medewerker. Het uitzendbureau heeft dit signaal bij de veiligheidsregio gemeld. Daarop is een kort onderzoek gestart en zijn er gesprekken gevoerd met de betrokkenen. Er is geen misstand vastgesteld. Er zijn nadien geen nieuwe signalen of klachten binnengekomen.

Reactie “Er is te weinig eten en er is eten op de grond gegooid”

Omroep West berichtte over situaties waarin er eten op de grond zou zijn gegooid. De veiligheidsregio kent geen voorvallen dat er eten op de grond zou zijn gegooid.

Ook hadden zij het signaal dat er te weinig eten is: dat is in het begin inderdaad wel eens voorgekomen. Er is destijds direct contact met de cateraar geweest. Er is in de beginfase ook eenmalig van cateraar gewisseld vanwege de kwaliteit van en variatie in het eten. Het tekort aan eten in de beginfase had te maken met het inregelen van het logistieke proces rondom het eten. De cateraar moet namelijk ervaring opdoen met de hoeveelheden. Het heeft daarnaast ook te maken met specifieke wensen. Bepaald eten heeft de voorkeur, waardoor ander eten blijft liggen. Er komen dan opmerkingen van bewoners dat er ‘veel te weinig eten’ is. Terwijl er nog wel degelijk eten ligt, alleen willen ze liever ander eten. In dit alles blijft het de grote wens van bewoners van de CNO om zelf te mogen koken. Helaas hebben wij in geen van onze CNO-locaties de faciliteiten om dit te kunnen aanbieden.

Reactie “De bewoners hebben niet gegeten uit onvrede”

Op vrijdag 21 oktober heeft een klein groepje van tien personen éénmalig ’s avonds niet gegeten.

De overige bewoners en de kinderen hebben wel gegeten.

De reden hiervoor is dat deze tien personen het niet eens waren met de wijzigingen die die dag zijn afgekondigd op de locatie. De wijzigingen waren:

• Het gebruik van fietsen: voortaan moeten de bewoners een sleutel afhalen van een van de fietsen (i.p.v. dat ze altijd van slot stonden). Dit om het gebruik van de fietsen eerlijker te verdelen.

• Tot 21 oktober werden er plastic bordjes en bekers gebruikt. De veiligheidsregio heeft borden, bestek en bekers aangeschaft uit duurzaamheidsoverwegingen en vanwege de kosten. Dit betekent dat bewoners voortaan zelf hun bord, beker en bestek moeten afwassen. Men wilde dit niet.

• En de laatste was geen wijziging maar een mededeling: de allerkleinste kinderen worden met een busje naar school gebracht omdat de loopafstand naar school 15 minuten is. Die afstand is voor kleine kleuters te groot. De oudere kinderen die leskrijgen op de basisschool moeten zelf lopen en door hun ouders naar school worden gebracht. De bewoners wilden de oudere basisschoolkinderen niet langer zelf naar school brengen. De bewoners wilden dat de veiligheidsregio deze oudere kinderen en ook de middelbare scholieren met een busje brachten. Er is die vrijdag meegedeeld dat er geen busje voor hen komt en dat de bewoners de oudere kinderen van de basisschool zelf naar school moeten brengen. Net zoals ouders in Nederland dit doen. De scholieren die onderwijs aan een middelbare school volgen, kunnen met het openbaar vervoer naar hun schoollocatie. Ook hierover was de groep van tien personen ontevreden.

Reactie “Bewoners durven geen kritiek te uiten”

De veiligheidsregio doet er alles aan om ervoor te zorgen dat er een veilige leefomgeving is. Er zijn 24/7 locatiehoofden en beveiligers op onze locaties aanwezig. Daarnaast zitten in onze staf meerdere mensen die de talen spreken van de mensen die op de locatie verblijven. Er worden daarnaast ook tolken ingezet op locatie om zaken uit te leggen en met de bewoners in gesprek te gaan. Dit om het bespreken van zaken zo laagdrempelig mogelijk te maken.

Reactie “Wij hebben al tien dagen geen shampoo en krijgen geen waspods”

De shampoo en waspods worden op aanvraag door de locatiehoofden verstrekt. Hiervoor is in principe geen limiet. Het is wel zo dat er toezicht op wordt gehouden. In het begin gingen er per persoon om de dag een fles shampoo, een tandenborstel en een tube tandpasta doorheen. Wat betreft de waspods kwamen verschillende gezinsleden van één gezin dagelijks waspods halen bij de locatiehoofden. Hoewel wij begrijpen dat deze asielzoekers vaak uit een (oorlogs)situatie van schaarste komen, hebben wij toezicht ingesteld op deze middelen omdat deze hoeveelheden niet nodig zijn. Dit om verspilling tegen te gaan. Een voorbeeld: er staan vier wasmachines op de locatie Waddinxveen. Als die allemaal 12 uur lang non-stop zouden draaien (wat in praktijk minder is), kun je per week maximaal 336 wasbeurten draaien. Toch gingen er wekelijks 800 waspods doorheen.

In het artikel van Omroep West wordt ook gesproken over onderlinge diefstal van waspods. De veiligheidsregio kent geen signaal van onderlinge diefstal. Er zijn duidelijke huisregels en er worden bij diefstal maatregelen genomen.

Reactie “Bezoek aan kinderen onmogelijk gemaakt”

Mensen van buiten, zoals een partner die in een AZC verblijft, mogen op bezoek komen. Maar ze mogen niet binnen ontvangen worden. Men kan elkaar wel buiten ontmoeten. De crisisnoodopvanglocatie is geen woonhuis, maar een groepsverblijfplaats. De veiligheidsregio wil ieders veiligheid waarborgen. Door steeds onbekende mensen over de vloer te hebben, kunnen we dat niet. Gasten mogen dus niet blijven slapen of mee-eten. Dat heeft te maken met de veiligheid van alle bewoners en de voorzieningen m.b.t. bedden, voedsel en hygiëne. Het is bewoners uiteraard toegestaan zelf ergens op bezoek te gaan.

De veiligheidsregio probeert op dit moment te regelen dat er een plek op het terrein komt waar mensen elkaar kunnen ontmoeten.

Reactie “Nauwelijks aandacht voor medische problemen”

De veiligheidsregio herkent het voorval niet dat bewoners zelf 112 moeten bellen, omdat zij niet serieus genomen worden. Als er medische klachten zijn, wordt daar met de GZA en de GGD op ingespeeld. Wij hebben zelf ook al enkele keren 112 gebeld bij acute medische situaties.

Reactie “Ons leefgeld wordt ingehouden”

Deze bewoners hebben geen recht op leefgeld en dat hebben ze ook nooit ontvangen. Hun partner, de statushouder, heeft andere rechten en krijgt wel leefgeld. Wij kunnen ons voorstellen dat door het contact met hun partner een beeld onder de nareizigers is ontstaan dat zij recht hebben op geld. Dat is niet het geval.

Vond je deze pagina nuttig?