Veilig op kamers
Wanneer is jouw studentenhuis (brand)veilig?
Studeren is een geweldige tijd met veel leuke dingen, zoals borrels en huisfeesten. Natuurlijk hoort het volgen van colleges ook gewoon bij deze periode in je leven, maar terwijl jij in de collegebanken zit kan het bij jouw studentenhuis minder veilig zijn. Mocht je studentenhuis in brand vliegen, dan heeft dat nare gevolgen. Lees de tips hieronder en zorg ervoor dat jij weet wat je moet doen om de veiligheid van jouw studentenhuis te verbeteren.
Welke verantwoordelijkheden en rechten heb jij als huurder?
Degene waar jij je studentenhuis van huurt is verantwoordelijk voor de 'kale' brandveiligheid. Als huurder mag je jouw verhuurder daarop wijzen. Het betreft dan de volgende zaken:
- Er moet een rookmelder hangen in alle gezamenlijke ruimtes, in elke wooneenheid, de gangen en in het trappenhuis.
- Op elke verdieping en in alle gezamenlijke ruimte moet er blusmateriaal staan. Dit materiaal moet gecontroleerd zijn.
- Er moet een vluchtroute bekend zijn. Mochten er in deze vluchtroute deuren zitten, dan moeten deze snel en gemakkelijk te openen zijn.
Ook als student heb je verantwoordelijkheden als het om brandveiligheid gaat van je studentenhuis.
- Doe alle deuren dicht in de nacht. Mocht er brand uitbreken, dan verspreid het zich minder snel.
- Alle blusmiddelen moeten makkelijk te pakken zijn.
- Test je rookmelder regelmatig.
- Als je gaat frituren of koken, blijf er dan bij staan.
- Sluit verlengsnoeren niet op elkaar aan en sluit niet te veel apparaten aan op één stekkerdoos.
- Laad je apparaten overdag op als je wakker en thuis bent. Gebruik daarnaast zoveel mogelijk de originele opladers.
- Rook je? Gooi de sigaretten vochtig weg en rook niet in bed.
Oefen regelmatig een vluchtplan met je huisgenoten. Spreek daarbij af wat ieders rol is.
Meer informatie
- Gooi asbakken nooit leeg in een prullenbak binnen.
- Hang je wasgoed nooit te drogen in de buurt van een kachel.
- Maak geen gebruik van driewegstekkers. Deze kunnen namelijk kortsluiting veroorzaken.
- Controleer of er niet met de elektrische bedrading is geknoeid in de woning waar je woont of gaat wonen.
- Pas ook op met halogeenverlichting en spotjes. Deze warmtebronnen kunnen snel brand veroorzaken als deze dicht bij brandbare materialen hangen of staan.
- Spreek een verzamelpunt af, zodat je weet waar je elkaar buiten treft. Als er nog iemand binnen is, kom je daar op deze manier sneller achter.
- Kun je het huis niet meer verlaten? Spreek dan een ruimte af waar je heen gaan. Kies hierbij voor een kamer bij een raam aan of balkon, zodat de hulpdiensten via het raam of balkon bij je kunnen komen met bijv. een ladder.
- Maak een taakverdeling. Want als er huisdieren zijn, wie neemt deze dan mee?
- Maak een plattegrond en geef aan waar de blusmiddelen staan. Maar ook waar je het gas en elektra kunt afsluiten.
- Bewaar je sleutel dicht bij de deur. En/of spreek een vaste plek af voor het opbergen van de huissleutels.
- Zorg ervoor dat de vluchtroute vrij is. Geen opgestapelde kratjes bier, vuilniszakken of andere spullen op de vluchtroute.
- Wist je dat rook doodsoorzaak nummer één is bij een brand. Als je ligt te slapen ruik je namelijk niks en kan je bewusteloos raken door de rook. Plaats daarom een rookmelder zodat je wakker wordt bij brand.
- Weet dat niemand verstandig handelt bij een brand. Vaak breekt er paniek uit en door de vele rook ben je snel je oriëntatie kwijt.
- Door het gebruik van kunststoffen en elektrische apparatuur breidt een woningbrand zich snel uit. In totaal heb je drie minuten om je huis te verlaten op een veilige manier. Dus de eerste drie minuten komt het volledig aan op jezelf en je huisgenoten.
Wat doe je bij brand?
- Probeer kalm te blijven en waarschuw je huisgenoten.
- Verlaat zo snel mogelijk het huis via de kortste weg.
- Houd ramen en deuren gesloten en sluit ook alle deuren achter je.
- Is er veel rook? Blijf dan dicht bij de vloer.
- Ga zo snel mogelijk naar de afgesproken verzamelplaats buiten en controleer of iedereen er is.
- Bel 1-1-2 en geef je naam en adres.